De magie van langzaam lopen – Column Esther Polak

Hoe goed denk jij je stad te kennen? Voor Stadsleven ‘Verborgen stad’ tonen we de verborgen plekken, onbekende (oorlogs)verhalen en gebruiken we al onze zintuigen om de stad te ontdekken. Kunstenares Esther Polak schreef een column over de “Slow Walk” die zij onlangs deed in Brussel en hoe dit haar blik op de stad veranderde.

Vijf meter per minuut

Als stedelijke hardloper, zie mijn eerdere blog op Stadsleven, was ik direct gefascineerd door het idee: een wandeling door Brussel op een tempo van driehonderd meter per uur. Vijf meter per minuut. Deze georganiseerde “Slow Walk” werd uitgevoerd als onderdeel van de “dag van de dans” en zou de stad Brussel in vijf uur, vanuit vijf richtingen doorkruisen, of liever er een ster in tekenen, met als centraal punt De Grote Markt. Vijf routes begonnen ieder van een punt vanaf de randweg, welke zelf een pentagram vormt. Aan deze performance kon, volgens choreografe Anne Teresa De Keersmaeker en haar dansgroep Rosas, door iedereen worden meegedaan. Voor “langzaam stappen” is geen virtuositeit nodig.

Daar wilde ik bij zijn. Dat niet voor te stellen tempo wilde ik natuurlijk ook beoefenen. Ik vond altijd al dat ons artistieke werk, dat over beweging en (stedelijk) landschap gaat, ook choreografie is, en dat trouwens alle cartografie choreografie is en ook andersom. En nu had ik de kans dat te bewijzen. Ik was vooral ook benieuwd hoe goed het mij af zou gaan. Hoe moeilijk zou het zijn? Die traagheid, die saaiheid, de kou, de vermoeidheid, het inhouden, en hoe opmerkelijk om bij monde van de dansgroep te stellen dat hier “geen virtuositeit” voor nodig zou zijn…

Menselijke slakken met een gouden lintje

Vanaf het station liep ik met twee vrienden die zo moedig waren mij te vergezellen op de route af. We waren iets te laat, de groep was een minuut of veertig eerder vanaf Botanique vertrokken, maar het moest niet moeilijk zijn hen in te halen. Toen zagen we de kleine groep van ongeveer twintig menselijke slakken vooruit schuiven op de stoep van de Boulevard Pachéco. We liepen er enthousiast op af, maar moesten onmiddellijk enorm vertragen. De dansers van Rosas verwelkomden ons, en gaven ons een mooi gouden lintje om de pols. Nu hoorden we erbij.

En zo vond ik mijzelf terug, totaal opgaande in een straat met geen enkele van de “gebruikelijke” wandel-aantrekkelijkheden. We liepen langs beroerde flats en een stel geparkeerde bussen voor personenvervoer, waarvan er één niet alleen lelijk stond te zijn, maar ook de motor brullend en stinkend liet warm draaien. En nu nam ik hier uitgebreid de tijd voor. De kwaliteit van de ruimte ontstond in dat moment. Ik wist dat we met vijf groepen waren, allen gevormd uit mensen met een gouden band om de pols. Een werkelijkheid en een schoonheid die alleen op dit moment bestond.

IMG_7780

Credits: Esther Polak

Na anderhalf uur besloten we die gelijktijdigheid lijfelijk te onderzoeken door naar een andere groep te zappen. We verlieten de onze, gingen over op de gebruikelijke wandelsnelheid, en vonden zo (en snel ging het) de eerst volgende, westelijke groep. De atmosfeer was veranderd. Nu het centrum naderbij kwam was de stad meer toeristisch geworden; we merkten dat ons trage tempo in een andere context stond. Het laten varen van alle doelgerichtheid was hier minder ongebruikelijk. Ieder tempo heeft zijn eigen verborgen betekenis.

We naderden een plein. Het plein leek onmetelijk. Niet te overbruggen zo traag. Iedereen om ons heen ging steeds sneller. Er was een kleine markt, waar razendsnel geld en goederen uitgewisseld werden. Een band speelde er om de “dag van de netheid” te vieren, die burgers motiveert om zelf met de bezem aan de slag te gaan, en die dus wonderlijk genoeg samen viel met de dag van de dans. Een stel kinderen hing bij de band rond, stond te wiegen, uit de maat, op één na. Voor we het wisten waren we dat plein alweer over… de vis-bar op de hoek stond geurig te frituren… een prachtig rood oud huis wierp zijn gloed over ons. Een van de medewandelaars haalde nu Vasalis aan, zie het gedicht onderaan de pagina, terwijl hij iets anders op facebook poste, iets wat hij gewoonlijk nooit deed, maar Brussel kreeg van hem, nu, in het licht van de recente aanslagen, extra aandacht en dat was ook een extra reden geweest om mee te lopen, schuifelen, langzaam stappen.

IMG_7796

Credits: Esther Polak

Loop langzamer en de stad verandert van betekenis

De stad is het decor van betekenis. De sturing die van deze decor-stukken uitgaat vind meestal ongemerkt plaats. Ik bedoel: al die gebruiken die zijn ingesleten, doordat je zelf eerder daar gelopen hebt, op een gebruikelijk tempo, terwijl je daarbij passende kleding droeg, schoenen, je anderen daar hebt zien lopen, hun tempo overgenomen, je zoveel kleine subtiele aanwijzingen krijgt, dit is een stoep, een fietspad, een stoplicht. En dan heb ik het nu nog alleen maar over lopen. Ongemerkt voeg je je naar anderen, naar jezelf van de vorige keer…. een constructie van gewoontes, of misschien zelfs disciplinering (zoals de filosoof Michel Foucault dat begrip gebruikt).

Dat wat om je heen oprijst en wat wij architectuur noemen, staat dat daar wel zo vast te zijn? Ongemerkt ga je er van uit dat je stad net zo solide is als de stenen, het beton en het asfalt zijn met al hun natuurkundige eigenschappen. Nu wij ons tempo veranderen kan dat allemaal vloeibaar worden door de afwijkende beweging, ongewoon, maar noodzakelijkerwijze wel gesanctioneerd door een situatie van dans-performance. Iedereen die voorging, niet uitgezonderd jijzelf, heeft de stad ingeslepen, opgebouwd, schijnbaar vastgelegd. Loop langzamer en de stad is niet meer absoluut.

Met dank aan de feedback van Eric Kluitenberg en Ivar van Bekkum.

Meer lezen?

Lees meer column en blogs over Stadsleven ‘Verborgen stad’ in ons dossier. Ester Polak schreef al eerder een column voor ons webmagazine hoe over hardlopen de stad om je heen verandert

Walk during a few moments very consciously in a certain direction;
simultaneously an infinite number of living creatures in the universe
are moving in an infinite number of directions.
Stanley Brouwn, art & project bulletin 11, 1969

In a dérive one or more persons during a certain period drop their relations, their work and leisure activities, and all their other usual motives for movement and action, and let themselves be drawn by the attractions of the terrain and the encounters they find there.
Guy Debord in Theory of the Dérive; 1956

TIJD

Ik droomde, dat ik langzaam leefde ….
langzamer dan de oudste steen.
Het was verschrikkelijk: om mij heen
schoot alles op, schokte of beefde,
wat stil lijkt. ‘k Zag de drang waarmee
de bomen zich uit de aarde wrongen

terwijl ze hees en hortend zongen;
terwijl de jaargetijden vlogen
verkleurende als regenbogen …..
Ik zag de tremor van de zee,
zijn zwellen en weer haastig slinken,
zoals een grote keel kan drinken.
En dag en nacht van korte duur
vlammen en doven: flakkrend vuur.

De wanhoop en welsprekendheid
in de gebaren van de dingen,
die anders star zijn, en hun dringen,
hun ademloze, wrede strijd ….
Hoe kón ik dat niet eerder weten,
niet beter zien in vroeger tijd ?
Hoe moet ik het weer ooit vergeten ?
M. Vasalis 1940