Wat speelt er aan de voorlinie in de stad? Elke donderdag vind je in het Stadsleven webmagazine een trend die je in de gaten moet houden. Vandaag: Hoe is het om te wonen in een huis op maat? Of zelfs een stad op maat, gemaakt naar jouw wensen en wat jij belangrijk vindt? Met big data en apps wordt stedelijke planning toegankelijk voor iedereen. Tracy Metz vertelde erover in KRO NCRV Radio 1 De Ochtend.
Big data van Funda toont: dit is jouw droomhuis
Er komen elke maand 4 miljoen bezoekers op de site van op Funda. Die beginnen met het zoeken naar hun droom, naar hun eigen kasteel, maar de meesten kopen een rijtjeshuis. Van de 7,5 miljoen huizen in Nederland is ruim 3 miljoen een rijtjeshuis, met een ontwerp dat jarenlang er al ongeveer hetzelfde uitziet. Data-analist Jurriaan van Gent legt uit:
Het droomhuis van de funzoeker is vaak een kasteelachtig huis. Maar dit ligt natuurlijk buiten het bereik van de meeste huizenzoekers. Die beginnen heel vaak met een vrijstaand huis van ongeveer 110 vierkante met een grote tuin. Maar ook dit blijkt meestal te hoog gegrepen en uiteindelijk komen de meeste zoekers uit op een rijtjeshuis met een voor- en achtertuintje van 175.000 tot 200.000 euro.” (bron)
Funda heeft een wedstrijd uitgeschreven voor een nieuw soort huis dat, op basis van die big data van de bezoekers, een kruising is tussen het droomkasteel en het realistische rijtjeshuis: het ‘rijtjeskasteel’. Winnaars van de wedstrijd zijn het bureau Heren5 samen met Dingeman Deijs. Hun ‘Fundahuis’ heeft net als een middeleeuws kasteel grote ruimtes in het midden – een grote hoge woonkamer, een schuin dak en een luxe badkamer – en kleine ruimtes eromheen, zoals een ‘torenkamer’ en een ‘bedstee’. Ook is de bakstenen voorgevel van het Funda Huis vrijwel gesloten.
CitySwipe: Tinder voor steden
Waar big data in de woningmarkt al kan leiden tot een verbreding van het aanbod en het realiseren van de échte woonwensen, kunnen data en apps ook in worden gezet op stedelijk niveau om burgers beter te kunnen betrekken bij het plannen van de stad.
Stel je voor dat je bij een plan voor een enorme kantoortoren in je straat, je smartphone kunt pakken en naar links kunt swipen om tegen te stemmen? Of juist naar rechts om het plan te ondersteunen om dat braakliggend stuk land in je buurt om te toveren tot een park?
De Californische stad Santa Monica heeft een app ontwikkeld, CitySwipe, die er net zo uitziet als de datingapp Tinder. Je meldt je aan met je postcode en in plaats van leuke mannen/vrouwen zie je foto’s en vragen die over de stad gaan. Is er genoeg parkeerruimte in het centrum? Heb je liever een terras met horeca of een park met bankjes? Je kunt via een chat button je keuze verder toelichten.
Tot nu toe is de app vrij simplistisch, maar het toont de potentie die technologie kan bieden aan burgers en stadsbesturen om een nieuwe relatie met elkaar en de stad aan te gaan. Ieder stadsbestuur heeft nu in de gaten dat het belangrijk is om de inwoners meer te betrekken bij dat tamelijke besloten proces van de stadsontwikkeling. Top down besluiten is niet meer van deze tijd. Voor burgers is het echter nu vaak nog complex, tijdrovend en lastig om het veelvuldig gebruikte jargon te tackelen als ze invloed willen hebben in hoe hun buurt of stad eruit ziet. CitySwipe is een heel toegankelijke manier voor gewone burgers om hun stem te laten horen.
Een nieuw speelveld voor overheid én burgers
Het is bij apps die burgers laten ‘meestemmen’ over stedelijk beleid natuurlijk nog de vraag hoe zwaar de burgerstem daadwerkelijk meeweegt. Bovendien zal er een afweging gemaakt moeten worden tussen een simpele en toegankelijke interface waardoor het makkelijk en motiverend is voor burgers om te stemmen tegenover het complexe planningsproces van een stad dat niet in één swipe te vangen is.
Maar er is nog een andere functie die technologie kan vervullen in het stedelijke planningsproces: door de data op heldere wijze in kaart te brengen en toegankelijk te maken voor iedereen, kan er een nieuw speelveld ontstaan waarin burgers evenveel inzicht hebben als overheid en bedrijven. Zo’n level playing field maakt het hele proces van bouwen en ontwikkelen transparanter en eerlijker.
Zo heeft Engelse stad Manchester een online kaart van oude industriegebieden waar woningen mogen worden gebouwd. Daar staat alles op – de energie, de wegen, de waterlopen – waardoor iedereen, zowel de ambtenaren als de bewoners als de ontwikkelaars over dezelfde informatie beschikken. Amsterdam heeft tijdens de crisis ook een digitale kaart gemaakt, ‘Wastelands’, waarop alle leegstaande kavels stonden. Dat waren nogal wat, want er gingen toe veel bouwplannen niet door. Zo wisten burgers waar ze zelf iets konden beginnen, zoals stadslandbouw of een speeltuin.
Ook het initiatief OSCity is een openbare en gratis een online zoekmachine voor ruimtelijke inrichting. De Nederlandse overheid loopt voorop in het openbaar maken van allerhande data, maar deze data worden niet op een gebruiksvriendelijke manier aangeboden, waardoor je als ‘gewone’ burger deze nog niet kunt lezen, laat staan gebruiken. OSCity verzamelde en koppelde tot nu toe al ruim 140 Gigabyte aan open data uit verschillende bronnen, waaronder gemeenten en energiebedrijven. Met kaarten in verschillende lagen wordt bepaald grondgebruik zichtbaar, zoals ‘Waar staan de beste kantoorpanden aan het water?’ of ‘Wat is de beste plaats om een winkel te openen?’. Zo kan iedereen – overheid, bedrijf of burger – z’n kansen inzien in de stad.
Meer lezen?
- Meer trends in De Stad Nu vind je hier.
- Journalist Oliver Wainwright schreef in The Guardian over apps en big data toepassingen waarmee burgers betrokken kunnen worden bij stedelijke planning.