Veel nam hij niet mee op zijn vlucht uit Irak: brood, wat kleren, en een dichtbundel van de Soefi-mysticus Roemi die Baban Kirkuki ooit van zijn oom had gekregen. Het was die dichtbundel die zijn ogen voor poëzie had geopend – maar op de lange reis vanuit Koerdistan naar Nederland is die ergens zoekgeraakt, vertelde hij in een interview aan de Volkskrant.
Intussen is hij teruggeweest. Tien jaar nadat hij hals over kop met een mensensmokkelaar was vertrokken, zeven jaar nadat hij in Nederland een verblijfsvergunning had gekregen. Nog steeds wordt hem vaak de vraag gesteld: ga je terug? Daarom, vooruitlopend op zijn optreden maandag 29 april in Cinema Stadsleven: Shell Shock (19u in Eye Filmmuseum) zijn gedicht ‘Wil je terug gaan?’ dat hij in 2011 publiceerde in de bundel ‘Territorium’ bij Uitgeverij P:
Wil je terug gaan?
ze vragen mij:
ga je terug naar Irak
als het land veilig is
ik antwoord:
als ik ooit terug
naar de baarmoeder zou gaan
zal ik geen asiel aanvragen
en geen vlucht voor mijn ziel kiezen
ik zal mijn lichaam
niet laten trillen in de kou
ik schommel in twee werelden
de ene waar ik nu in leef
de andere in mijn dromen
een land voor mijn paspoort
geschreven in de lade
van een gemeentekantoor
mijn andere land
ligt in het noorden
het noorden van mijn hart