door Tracy Metz
Het is buffelen, het werken als pakjesbezorger. Altijd haast, altijd die scanner die boos rood oplicht als je achter op schema loopt, boze klanten omdat je volgens hen te laat bent, boze automobilisten achter je die er niet langs kunnen. De film Sorry We Missed You toont heel indringend de impact van dat gejakker op het leven een bezorger en zijn familie; de tekening die kunstenaar Jan Rothuizen voor de Volkskrant maakte (te zien in deze webmagazine) neemt ons mee in het dagelijkse werk van bezorger Osman uit Liberia. Van al Osmans collega-bezorgers is er overigens niet één met een witte huidskleur.
Met corona is de hoeveelheid pakjes geëxplodeerd, en in China brak laatst – eindelijk – bij de bezorgers de opstand uit. Dat gebeurde op Singles’ Day van Ali Baba, een puur commercieel moment dat deze mega-webwinkel in het leven heeft geroepen, simpelweg om de verkoop aan te wakkeren. Dat lukt: volgens de New York Times leverde Singles’ Day dit jaar 74 miljard dollar op aan verkoop, bijna een verdubbeling van de ruim 38 miljard van vorig jaar.
Daar komt bitter weinig van terecht bij de bezorgers, de kuaidi. Vorige maand gingen de kuaidi in de provincie Hunan in staking om 45.000 dollar in achterstallig loon te eisen, elders werden de pakjes in een weiland gedumpt. Er zijn alleen al dit jaar 28 stakingen in China. Op de Chinese social platform Weibo was de hashtag ‘Wat vind je van de koerierstaking?’ trending. Pas sinds maart wordt het beroep van ‘online delivery person’ wettelijk erkend – maar wettelijke bescherming van hun rechtspositie is er daarmee nog niet. Staatsomroep CCT (China Central Television) meldde wel dat er een tekort is aan bezorgers – maar volgens de NYT niets over de stakingen.
En in Nederland?
In Nederland zijn volgens een reportage in NRC misstanden eerder regel dan uitzondering. De Inspectie van het ministerie van SZW (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) ontdekte dat “negen van de tien onderaannemers van de pakketbezorgers PostNL, DHL, DPD, GLS hun zaken niet op orde hebben. Werklozen die een uitkering ontvangen rijden in bezorgbussen. Chauffeurs zonder geldige verblijfspapieren bezorgen postpakketten. En fictieve ondernemingen worden ingezet om geld weg te sluizen.” Net als in China zijn de tussenpersonen het haasje – veel bezorgers werken voor tussenpersonen, niet rechtstreeks voor de grote bedrijven.
Niemand beschermt de onderaannemer
Volgende maand komt de Belangenvereniging voor Pakket Distributie met een langverwachte dagvaarding tegen PostNL, zegt woordvoerder Pieter Paul Slikker. De tijd is ernaar: tijdens de ‘intelligente lockdown’ groeide het aantal pakjes met 25%. Daarmee groeit de tijdsdruk ook: elke tweeënhalve minuut moet een bezorger zijn busje parkeren, pakket uitladen, naar de deur lopen, de bestelling afleveren en terug naar zijn wagen.
,,PostNL zegt: meer pakketten betekent dat je meer per straat aflevert, dus efficiënter kunt werken en dat de prijs per pakket – de zgn. ‘stopprijs’ – dus juist omlaag kan”, zegt Slikker. ,,Het verhaal is nu dat de drukke weken net na de corona-uitbraak representatief zijn voor het hele jaar.”
De situatie in Nederland is anders dan in de Britse film Sorry We Missed You, legt hij uit. ,,De bezorger in de film is zzp’er. Maar in Nederland is zo’n 90% in dienst van een tussenpersoon, een subcontractor. Die tussenpersonen zijn voor hun omzet afhankelijk van de groet bedrijven als PostNL, dus kunnen die je inkomsten dicteren. Er is niemand die de onderaannemer beschermt, hij zit overal tussen en is dus makkelijk te exploiteren.”
Jan Rothuizens Osman komt niet in opstand; hij buffelt door, zegt hij tegen Jan, totdat hij genoeg heeft gespaard om tweedehands auto’s naar Liberia te gaan importeren, of om samen met een neef een chicken farm te beginnen. Benieuwd wat het wordt, of hij zijn droom kan realiseren. De Osmans van deze wereld horen we niet, en we zien ze amper.